Geschiedenis

Jaarlijks drinken Nederlanders circa 142 liter koffie, dat zijn 3 kopjes koffie per dag! Het is duidelijk dat koffie een populaire drank is. Zelfs nog populairder dan cola en bier bijvoorbeeld. Uit onderzoek blijkt dat er maar weinig mensen zijn die géén koffieliefhebber zijn. Koffie wordt vooral thuis gedronken, maar ook op het werk en in horecagelegenheden. Met die 142 liter koffie per jaar horen Nederlanders tot de 'enthousiaste koffie drinkers'. Alleen de Finnen, Noren, Zweden, Denen, Oostenrijkers en Zwitsers blijven ons nog voor.

Over koffie is veel leuke informatie beschikbaar. Niet alleen over de koffiestruik en zijn oorsprong, maar ook over diverse koffiesoorten die in de winkel te koop zijn, de methoden om koffie te zetten en over trends die met koffie te maken hebben. Want wie had jaren geleden gedacht dat veel Nederlanders zo verknocht zouden raken aan espresso en cappuccino. De populariteit daarvan is de laatste jaren fors toegenomen en het ziet er naar uit dat daar nog geen einde aan is gekomen. In ons land wordt koffie al jaren veel en graag gedronken, omdat het lekker is en omdat het gezellig is. Bovendien is koffie op ieder moment van de dag een opkikker.

Koffie heeft zo'n vaste plaats in ons dagelijks leven, dat het bijna niet is voor te stellen dat het vroeger anders was. Koffie werd in de 17e eeuw vanuit Arabië via Turkije in Europa geïntroduceerd. In Arabië was koffie drinken aan het eind van de 15e eeuw een dagelijks ritueel dat deel uitmaakte van de samenleving. Arabieren worden dan ook beschouwd als de eerste koffiedrinkers. Ontdekkingsreizigers komen aan het eind van de 15e en 16e eeuw in het Midden-Oosten terecht en bezoeken daar de koffiehuizen. Er doen diverse legendes de ronde. Want er wordt een drank geserveerd die in staat is om vermoeidheid en slaperigheid te verdrijven en die ook nog lekker van smaak is. Dat intrigeert de Europeanen.

Handelaren zien daar wel iets in en laten voor de eerste keer in 1615 een schip met koffie uit Turkije naar Europa varen. In Venetië wordt omstreeks 1645 het eerste Europese koffiehuis geopend. Daarna gaat het snel: Oxford, Londen, Den Haag, Marseille en andere wereldsteden volgen. In Parijs zijn er in 1690 al 250 koffiehuizen. In de eeuwen daarna verovert koffie z'n vaste plek binnen onze culturen. We kunnen niet meer zonder, want voor de meesten van ons geldt dat we bijna 4 kopjes koffie per dag drinken.

Legendes

Er is omstreeks 900 voor Christus een Arabische arts geweest die in zijn geschriften al melding heeft gemaakt van 'koffie'. Maar een van de fraaiste legendes is die van Kaldi. Hij was een Arabische geitenhoeder die ongeveer 300 jaar na Christus in Ethiopië leefde. Hij merkte op dat z'n geiten opvallend monter bleven als ze van de rode bessen van een bepaalde struik hadden gegeten. Het verhaal van de geitenhoeder kwam terecht bij de abt van een klooster, die besloot er een experiment aan te wagen. Hij schonk kokend water op de bessen en dronk vervolgens de vloeistof. Onmiskenbaar wakker en helder, luidde z'n conclusie. De abt serveerde zijn monniken voortaan koffie om 's nachts zonder problemen wakker te blijven als het tijd voor gebed was.

De Arabische geschiedschrijver Scheba Beddin (15e eeuw) keert het verhaal om: Chadely een mollah (mohammedaans geestelijke), wordt gekweld door schuldgevoelens. Elke nacht valt hij tijdens de gebeden in slaap. Hij bidt de Profeet om hulp en die verwijst hem in een droom naar de geitenhoeder.

De eerste koffie drinkers

Naar men aanneemt waren de Arabieren de eerste koffie drinkers. De manier van schrijven en de klank van de woorden die voor koffie worden gebruikt, zouden zijn terug te voeren op het Arabische 'qahwa' (uitgesproken kawé). Dat betekent zoveel als 'het opwindende'. Koffie, café, Kaffee, coffee: in vrijwel elke taal bestaat er een woord voor. De Arabieren waren dan wel de eerste koffie drinkers, de Turken namen die gewoonte al snel over.

Turkse koffie drinkers

In Turkije houdt men van zoet. Dat is ook te merken aan de manier waarop koffie wordt gedronken. Drie klontjes suiker voor een minikopje is niet ongebruikelijk! Van oudsher zet men in Turkije koffie van zeer fijn gemalen bonen en water. Dat werd (en wordt) in een kannetje met een lange steel gedaan (meestal gemaakt van koper, messing, soms geëmailleerd). Op een laag vuur, voorzichtig roerend wordt de koffie aan de kook gebracht. Net voor de drank dreigt over te koken, haalt men het kannetje van het vuur. Vervolgens laat men het drie minuten rusten en wordt dit procédé nog drie keer herhaald. Nadat de koffie is ingeschonken laat men het nog even rusten om het koffiedik te laten bezinken.

Verspreiding koffie handel

De Arabieren beheersten aanvankelijk de koffiehandel omdat ze het monopolie van verbouw en productie hadden. De Verenigde Oost-Indische Compagnie organiseerde een reis naar Aden (aan de Golf van Aden, tussen de Rode Zee en de Arabische Zee) en wist twee jaar later dat monopolie te doorbreken door koffie uit Mocha te halen. Amsterdam werd eind 17e, begin 18e eeuw het wereldcentrum van de koffiehandel. De koffie-aanplant op Java was na verloop van tijd groter dan in Arabië. Er werd een aantal planten naar Amsterdam gebracht. Die werden als curiosum in broeikassen gekweekt. De Amsterdamse burgemeester schonk de Franse koning Lodewijk de Veertiende in 1715 zo'n jonge koffieplant voor de Koninklijke Botanische Tuin in Parijs. Die plant is de stammoeder geworden van miljarden koffieplanten over de hele wereld. De Fransen wilden - als de grootste koffiedrinkers van Europa - zélf koffie produceren in plaats van de bonen bij anderen te kopen. Een Franse marine-officier vertrok daarom met een aantal stekken van de Nederlandse moederplant naar de Caraïbische eilanden. Hij wist te bereiken dat op het eiland Martinique (in Franse handen) omstreeks 1775 18 miljoen koffiestruiken groeiden, afkomstig van die ene Nederlandse stek

Koffiehuizen

Ontdekkingsreizigers die in de 16e eeuw terugkwamen van hun reizen naar het Midden-Oosten, vertelden over koffiehuizen. Daar werd een drank geserveerd die in staat bleek te zijn om vermoeidheid en slaperigheid te verdrijven. Het eerste Europese koffiehuis is in 1645 in Venetië geopend. Andere, grote Europese steden bleven niet achter: in 1650 volgde Oxford , in 1651 Londen, in 1664 Den Haag , in 1677 Hamburg en in 1689 Parijs, Boston en New York.

Oxford
De Joodse koopman Jacob was sinds 1650 in Oxford eigenaar van het eerste Engelse (en het tweede Europese) koffiehuis. Klanten waren vooral buitenlanders en Engelsen die elders al eens koffie hadden gedronken. Later werd het Oxfordse koffiehuis een populaire ontmoetingsplaats voor studenten. Het werd zo een belangrijke plaats voor de intelligentia.

Den Haag
De eerste officiële informatie over koffiehuizen komt uit Den Haag en Leiden. In de processtukken van het Gerechtshof in Den Haag staat het verslag van een ruzie die zich in 1670 afspeelde. In een koffiehuis aan de Hofsingel werd de boel kort en klein geslagen. Daders: twee officieren, een belangrijke ambtenaar en een lid van 'Hun Mogendheden'. Reden: ze waren kwaad omdat ze door het late tijdstip geen koffie meer geserveerd kregen.

Verbouwen van koffie

De koffieplant is een gewas dat eigenlijk uit het oerwoud afkomstig is. De plant wordt verbouwd in bijna alle landen rondom de evenaar, een soort koffiegordel. De koffieplant hoort tot de Rubiacceeën, de familie van ruwbladigen. De bladeren blijven het hele jaar groen. Binnen die familie van Rubiacceeën hoort de koffieplant weer tot het geslacht van de Coffea. Er zijn veel Coffea-soorten. De grootte van de boom verschilt, afhankelijk van de soort. Er zijn er die in het wild ongeveer zes meter hoog worden, anderen bereiken een hoogte van wel achttien meter. Op de plantages laat men het zover niet komen, daar snoeit men de bomen tot struiken. Ook al zijn er veel soorten, voor de koffiecultuur zijn er twee echt belangrijk: de Coffea Arabica en de Coffea Robusta.

Nieuwe aanplant op de koffieplantage heeft drie jaar nodig om zich volledig te ontwikkelen en voor het eerst te bloeien. De grootte en breedte van de struiken varieert, afhankelijk van de soort en van het land.